Je wilt zo lang mogelijk zelfstandig blijven wonen in je eigen huis. Soms zijn daarvoor enkele aanpassingen nodig. Bijvoorbeeld als lopen moeilijker wordt, als de trap een hindernis wordt of als je de deurbel of telefoon niet meer goed hoort. In zulke gevallen is het te overwegen om je woning aan te passen. Kleine aanpassingen leveren vaak al veel op.
Voorbeelden van kleine woningaanpassingen
- Plaats kleine hellingen bij drempels. Dan heb je er geen hinder van met een rollator.
- Laat een videobel installeren. Zo kun je op afstand zien wie er voor de deur staat. Kies voor een lichtflitsbel als je de bel niet meer goed hoort.
- Overweeg een elektrische deuropener. Dan kun je bezoek binnenlaten zonder op te staan.
- Richt je woonkamer anders in zodat je een breder looppad hebt als je een rollator of rolstoel gebruikt.
- Pas de hoogte van het aanrechtblad aan. Zo kun je je de dagelijkse dingen doen vanuit een rolstoel.
Waar kun je terecht?
Als je een woning huurt, kun je bij de woningbouwvereniging terecht voor aanpassingen aan je huis. Heb je een koopwoning? Schakel dan een klussendienst in. Veel klusbedrijven geven korting aan mensen met een beperking.
Wie betaalt de kosten?
De gemeente vergoedt sommige woningaanpassingen. Dit valt onder de Wet
maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Neem hiervoor contact op met het Wmo-loket of het sociaal wijkteam van je gemeente.
Het kan zijn dat de gemeente een eigen bijdrage vraagt voor een woningaanpassing.
Op de website van het CAK kun je berekenen hoe hoog jouw eigen bijdrage ongeveer zal zijn.